Stoelen- en meubelfabriek Groot Landeweer is tientallen jaren een begrip van degelijkheid en welvaart geweest in Eibergen.
Het bedrijf gaf aan honderden mensen werk en inkomen. Nog steeds zitten dagelijks duizenden op stoelen die bij Groot Landeweer in Eibergen zijn gemaakt, wellicht zonder dat ze zich hiervan bewust zijn. Stoelen- en meubelfabriek Groot Landweer kende helaas ook de harde cyclus van opgaan, blinken en verzinken. Dit artikel zal, al zei het beknopt, deze geschiedenis weergeven. Hiermee wordt een deel van de erfenis van deze eens zo welvarende stoelenfabriek bewaard. De geschiedenis van de fabriek krijgt gestalte door de oprichter ervan: Arend Jan Groot Landeweer.
De Lannever
Arend Jan Groot Landeweer (Rekken, 1910-1985) wordt geboren in het boerderijtje De Lannever aan de Hakertweg te Rekken. Hij is genoemd naar zijn grootvader Arend Jan Groot Landeweer die in 1836 te Ruurlo geboren is. Arend Jan koopt het pand aan de Hakertweg, gelegen in de Diveskamp, in 1860 en trouwt twee jaar later, in Rekken, met Garretje Pasman (1836-1884) geboren te Geesteren. Ze krijgen vijf kinderen: Willem, Willemina, Gerhard, Bernard en Engbert. Wanneer Garretje Pasman overlijdt, trouwt Arend Jan enkele jaren later met Hendrika Klein Winkel (1846-1919). Uit dit huwelijk worden geen kinderen geboren.
Engbert Groot Landeweer trouwt met Johanna Mellink (1875-1955) en krijgen drie kinderen, Gerritjen (1902-1980), Johanna (1904-1967) en Arend Jan de latere oprichter van de stoelenfabriek. Gerritjen trouwt in 1922 met Johan Onstein (1893-1969). Zij blijven op de boerderij aan de Hakertweg wonen, daar waar nu nog altijd de familie Onstein woont.
Engbert Groot Landeweer is behalve landbouwer ook stoelenmaker van beroep. Daar kijkt de jonge Arend Jan de kunst van het stoelen maken van zijn vader af. Engbert Groot Landeweer overlijdt in 1916 op veertigjarige leeftijd. Hij laat zijn vrouw Johanna en hun drie kinderen achter. Twee jaar later overlijdt ook grootvader Arend Jan en in 1919 Hendrika Klein Winkel. Het zullen zorgelijke jaren geweest zijn op de boerderij. Op dertienjarige leeftijd, in 1923, gaat de jonge Arend Jan naar zijn oom in Geesteren waar hij zich verder bekwaamt in het stoelenmakersvak. In Geesteren leert hij ook zijn latere echtgenote Dika Rengerink (1910-1984) kennen. Zij werkt bij café Klompmaker in Geesteren.
D’n Dreier
In 1931, wanneer Arend Jan eenentwintig jaar oud is, keert hij terug naar Eibergen waar hij een werkplaats laat bouwen die hij D’n Dreier noemt. In Eibergen zal hij verder als Jan d’n Dreier door het leven gaan. Het jaar daarop wordt het woonhuis gebouwd. Hiervoor leent hij fl. 3.000,00 van Bartelsboer, Hendrik Jan Boevink (1878-1962), die op het Loo woont.
Arend Jan trouwt met Dika Rengerink en schenken het leven aan drie dochters: Gerrie (Eibergen, 1934), Willie (Eibergen, 1936) en Hannie (Eibergen, 1938). In eerste instantie begint Arend Jan Groot Landeweer in zijn werkplaats met het repareren van oudhollandse stoelen maar al snel gaat hij over tot het zelf vervaardigen van stoelen Dit blijkt een gouden greep te zijn, want de klantenkring breidt zich snel uit. De eerste tijd maakt hij zo’n zes boerenknopstoelen per week, die hij voor fl. 4,25 verkoopt. Arend Jan Groot Landeweer brengt ze zelf op de fiets of met de bakfiets naar de klanten, die dan alleen nog maar in de buurt wonen. Ook zijn vrouw werkt actief mee in de werkplaats aan de Simmelinkweg. Zij beitst en poli toert de stoelen. Ze zetten samen de schouders eronder en al na een jaar worden er meer dan tien verschillende modellen gemaakt.
De rest van dit artikel is gepubliceerd in Old Ni’js nummer 89.